Link naar de raadsstukken: Waterpark Veerse Meer
Andermaal
spreken we over het Waterpark Veerse Meer. Andermaal is de voortgang zeer
moeilijk. Het dossier kent een lange voor geschiedenis. In documenten ben ik
tegengekomen dat eerste plannen in 1999 zijn gemaakt. Nu in 2016 is het nog
niet tot een volledige realisatie gekomen. De gemeente heeft altijd een rol
gehad in dit dossier. Echter naar analyse van de VVD is deze rol steeds groter
en zwaarder geworden. Bleef deze in het begin beperkt tot de planologische
procedures en ruimtelijke ordening (een kerntaak van de gemeente), deze is in
de loop der jaren ook geworden tot die van financier, aandeelhouder etc. etc.
De
rekenkamer heeft in 2012 een onderzoek gedaan
en is nu met een nazorg onderzoek gekomen; De vraagstelling hierbij is: zijn de
aanbevelingen die in het eerste onderzoek zijn gedaan ook uitgevoerd. De conclusie
is dat aanbeveling 1 feitelijk is uitgevoerd, de aanbevelingen 2 en 3 zijn
uitgevoerd, aanbeveling 4 gedeeltelijk en aanbeveling 5 niet is uitgevoerd.
Echter de
strekking van de aanbevelingen uit het rekenkamer rapport uit 2012 is (en ik
formuleer het compact) om te zorgen voor een goede financiële- en risico afweging én beheersing in het geval de gemeente mocht besluiten in een privaat
project/onderneming deel te gaan nemen; het gaat over de voorwaarden waaraan moet
worden voldaan, welke zekerheden moeten worden gesteld, welke
beheersmaatregelen moeten worden genomen etc. etc., kortom hoe een juiste
afweging te maken en de risico’s in te schatten.
Welnu de VVD gaat niet rond de hete
brij heen draaien en is van mening dat de zakelijke houding, het op orde hebben
van de checks en balances van het grootste belang is en misschien aan
minimale vereisten voldoet, maar zeer zeker nog sterk moet verbeteren. Wat dit
aangaat is de strekking van de
conclusies uit het nazorg onderzoek duidelijk.
De omvang
van het project en de bijzondere publiek
– private verhoudingen moeten aanleiding zijn om extra alert te zijn op de
planning, de financiën en te zorgen dat afspraken worden nagekomen. Dit vereist
een goed samenspel tussen college en raad.
Dat brengt
me op het punt dat naast de verantwoordelijkheid van het college, de gehele raad zijn eigen verantwoordelijkheid heeft. En moet ze bij
zichzelf te raden gaan of ze deze verantwoordelijkheid ook in voldoende mate
heeft genomen en haar controlerende en kader stellende taak voldoende heeft
uitgeoefend.
Voorzitter, ook hierin zal de VVD duidelijk zijn: dat kan
beter! In onvoldoende mate hebben we gezamenlijk invulling gegeven aan de rol
die wij hebben.
Voorts merk
ik op dat we in deze gemeente lering trekken uit een rekenkamerrapport. Dat we
met de aanbevelingen gezamenlijk aan de slag moeten om verbeteringen in de
organisatie en de cultuur aan te brengen.
Een rekenkamer rapport of nazorg onderzoek moet niet verworden tot een
instrument waarmee politiek afrekeningen gaan plaatsvinden en verandert in de
spreekwoordelijke stok. Gebeurt dat wel dan kan dat er toe leiden dat betrokken
minder vrij aan een onderzoek zullen meewerken.
Maar we
moeten verder. Het dossier “Waterpark Veerse Meer” is nog niet afgerond. De ontwikkeling
moet worden afgemaakt. Het faillissement moet worden afgehandeld, waarbij met
de belangen van alle betrokken zo goed mogelijk rekening dient te worden
gehouden. Tuurlijk moeten we vertrouwen hebben in de toekomstige ontwikkeling,
maar een gezonde, kritische en risicoaverse houding ten aanzien van het
project, kan zeker geen kwaad.
Verder, als het over de aanbevelingen gaat, kan ik
kort zijn: we aanvaarden die in dank en dat bedoel ik letterlijk en gemeend,
door er ook serieus gevolg aan te willen geven!
De VVD
verwacht van college én raad om naar aanleiding van het rekenkamerrapport en
het na zorg onderzoek, dat rapportages over verstrekte leningen en garanties
gekoppeld worden aan de reguliere planning- en control cyclus. Bij de
rapportages “maatwerk” te betrachten, in de zin dat uitgebreide gerapporteerd
wordt naar mate meer risico’s gelopen worden, er sprake is van meer
beleidsdynamiek dan wel nieuwe politiek/bestuurlijke ontwikkelingen zich
voordoen.
Dat het college voor alle verstrekte
leningen en garanties aan gaat geven welke risico's we lopen, wellicht in
samenspraak met onze accountant. Dat dit dusdanig gebeurt, dat er een helder
onderbouwde ranking kan worden gepresenteerd en dat afhankelijk van deze
uitkomst voor een nader aantal partijen uitgebreider rapportages worden
opgesteld. En bovenal dat rapportages transparant opgesteld worden.
We zullen hierbij keuzes moet maken, die
niet altijd plezierig zijn. Ook Middelburg kan zijn euro’s maar één keer
uitgeven. Laten we hierbij niet vergeten wat een beroemde Britse
Minister-President ooit zei: “There is no such thing as public money, there is
only tax payers’ money”.