Dat is
fors, heel fors. En ook zeker niet zo maar op te lossen. Niets doen is geen
optie, dat roepen wij als gemeenten al langer. Ook richting Den Haag. U kunt
niet zomaar de zorg decentraliseren naar gemeenten, fors korten op de middelen
en vervolgens niets doen als het gierend uit de hand loopt. Dit geluid hebben
we laten klinken, via onze partijlijn, maar ook namens de VNG, met formele
brieven en al.
Afgelopen
week is er door de minister ingegrepen door een deel van de jeugdhulp weer
centraler te gaan organiseren. Wat de gevolgen hiervan zijn en of het de
gemeente helpt, is nog de vraag. Wij zullen dat heel nauwgezet en kritisch
volgen.
Maar dit
ingrijpen komt wat laat voor onze begrotingsbehandeling. Dat houdt in dat het
hier en nu, en het Middelburgse tekort van 12 miljoen, ons nog steeds dwingt tot het nemen van maatregelen om de kosten in de
zorg terug te dringen of op zijn minst te beheersen.
De vraag is: hoe dan?
Afgelopen voorjaar,
bij de behandeling van de kaderbrief, heb ik dat wat meer verbijzonderd met,
wat ik heb genoemd, de C.B.S. methode:
- Creativiteit met
gezond verstand en boerenslimheid
- Binnen tijd én budget
of te wel zorgen dat de basis op orde is
- Samenwerken. Als faciliterende
gemeente, gebruikmaken van ideeën van onze ondernemers en inwoners)
Om met dat laatste te beginnen. Samenwerken, faciliteren
en gebruikmaken van elkaars ideeën. Als
we de begroting zien dan zou een eerste reflex zijn: meer controle, meer regie.
Ik zeg niet dat dat niet nodig is, maar de houding moeten zijn dat de cijfers
aanleiding moeten geven voor reflectie & gesprek. Met het veld en met
elkaar. Er dient in dialoog gezamenlijke betekenis te worden gegeven aan de
cijfers. Zo mogelijk ondersteund met moderne technieken zoals “data science”.
Door collectieve reflectie op de praktijk, ontstaan
gedeelde beelden en oplossingen vanuit de praktijk.
Werken vanuit een collectieve ambitie, het lef om het
anders te doen! Vanuit een houding van waarden & vertrouwen! Het betekent
ook het durven loslaten.
Samenwerken dus!
Ik heb bij het thema “samenwerken” ook aangegeven dat hierbij gebruik gemaakt dient
te worden van ideeën van ondernemers en inwoners. Of anders gezegd, in onze
gemeente hebben we ruim 48.500 inwoners. Allemaal met ideeën. De één misschien beter
bruikbaar dan de ander.
En dan kom ik op “creativiteit”. Denk out of the box,
maar gebruik ook het gezonde verstand en boerenslimheid. Het zit vaak in de
kleine dingen, die voor de hand liggend zijn, maar (daardoor?) over het hoofd
worden gezien.
Pak het voorbeeld van de gemeente Zeist. Zeist stond in
2011 voor een opgave om € 6,2 miljoen te bezuinigen. Aanvankelijk wordt dit
opgepakt in een werkgroep op ambtelijk (top) niveau. De opdracht: drie
scenario’s uitwerken en aan de burgers voor leggen. De vraag wordt gesteld
of een dergelijke werkwijze wel tot de
gewenste maatschappelijke discussie en uiteindelijk de goede keuzes leidt. De
vraag is vervolgens: wie raakt de noodzakelijke bezuiniging het hardst? Er
wordt vastgesteld dat de samenleving het hardst wordt geraakt met de
bezuinigingen. Het besluit is dan om een andere koers te varen, waarbij de
kracht, creativiteit en expertise van de lokale samenleving gebruikt kan
worden. Dit leidt tot een plan van aanpak waarbij (burger)experts worden
uitgenodigd rond een bepaald thema mee te werken aan gefundeerde
bezuinigingsvoorstellen.
De opbrengst:
- Er zijn 217 voorstellen door acht themagroepen gedaan die
in totaal opliepen tot € 7,6 miljoen
- De gemeente is erin geslaagd om 200 burgers te laten
participeren in de themagroepen. Waarbij ze voor 80 procent gedurende het
gehele proces betrokken zijn gebleven.
Naast het bereiken van de initiële doelstelling, is er ook een aantal “zachte” cultuur veranderingen bereikt. Zoals het ontstaan van nieuwe netwerken met burgers, meer vertrouwen van de burgers in de gemeente, een bredere blik van ambtenaren op hetgeen leeft in de lokale omgeving, en meer vertrouwen in de eigen kracht van de samenleving.
Hoewel de raadsleden niet betrokken waren bij de discussies in de themagroepen hadden ze een belangrijke rol in zowel de startfase bij het stellen van de kadersl, als in de besluitvormende fase over welk voorstel gemotiveerd werd aangenomen of verworpen.
Na “Samenwerken” en “Creativiteit” komt “binnen tijd en budget”. Mogelijk dat
dit het resultaat is of de symbiose hiervan vormt. Maar het is ook een houding
en een doelstelling. Het biedt de mogelijkheid om met elkaar het resultaat
centraal te stellen in plaats van maar af te wachten wat erop ons afkomt.
Ook hier zijn voorbeelden van andere gemeenten die hierin
succesvol zijn. Hierbij moet gedacht
worden aan het vernieuwen van bijvoorbeeld de inkoop. Van het indiceren in uren,
naar het maken van afspraken over het eindresultaat. In plaats van het
boekhoudkundige resultaat staat het effectieve resultaat voorop! Weg met de
regelreflex!
Door de tekorten zal de wal het schip keren. Daarom is
het extra geld voor jeugdbeleid zeker welkom. Echter er moet ook het besef zijn
dat het anders kan en moet. Dat vraagt lef om bestaande gewoontes en
vanzelfsprekendheden te doorbreken. Het alternatief is bezuinigen of de lasten
te verhogen. Waarbij niet uitgesloten is dat in dat geval de zwaksten het
hardst worden getroffen.
Wat wij als gemeenteraad nu moeten doen, is het
daadwerkelijk sturen op en leggen van verbindingen met de samenleving en ook
met bijvoorbeeld het zorgveld. Niet als doel op zich, maar als voorwaarde om
effectief en efficiënt te werken, met als resultaat dat we onze begroting
beheersbaar kunnen houden.
Luisteren, inhaken en aansluiten, met het dagelijks leven
van de inwoner als vertrekpunt, is het leidende principe. Of anders gezegd,
niet “het rechten hebben op”, maar “wat is nodig”, is het vertrekpunt.
Inzetten op preventie en algemene (collectieve)
voorzieningen die vrij toegankelijk zijn, zijn het uitgangspunt.
Met de inmiddels soms wat beladen term ‘participatie
maatschappij' is in het sociale domein vier jaar geleden een belangrijke transitie
gestart. De VVD ziet de overheid minder als leverancier van ‘alles’ maar vooral
als achtervang voor wanneer het nodig is; De overheid als “trampoline” die je
opvangt als het even moeilijk is en waardoor je weer kunt opveren om
zelfstandig de draad weer op te pakken. De overheid als regisseur achter de
schermen, waardoor met lokale initiatieven de menselijke maat weer terugkeert
en de bureaucratie van urenregistratie en microcontrole wordt teruggedrongen.
We zien de nijpende tekorten op de begrotingen en in de rapportages.
Die zijn veel te groot geworden. Het staat de gemeente in de weg om de goede
keuzes te maken en het sociaal domein te verbeteren. Daarom is het extra geld
voor jeugdbeleid zeker welkom.
Nu er slechts beperkte
financiële ademruimte komt, is het tijd om de echte vraag in kaart te
brengen. Weten wat er aan de hand is, waar en wat gaat er niet goed en daar
actie op ondernemen.
Het is van het grootste belang dat we het “doen en leren”
van “participatie” en samenwerking goed in de vingers krijgen. En het niet zien
als iets wat je op een traject of dossier plakt, terwijl participatie een
continu proces is van kennisuitwisseling en dialoog, van ophalen en
coproduceren.
Als raad hebben we geen ombudsfunctie, maar dienen we
goed te luisteren naar wat er in de gemeenschap speelt. We moeten het algemeen
belang dienen bij de afweging van tegenstrijdige deelbelangen waarvoor
besluitvorming hier in de raadszaal gebeurt.
Voorzitter, ik kom tot een afronding.
Er is dus meer, veel meer nodig dan geld om het sociaal domein
te verbeteren: Creativiteit, Binnen tijd en budget en in Samenwerking met onze
inwoners, zorgverleners en overige netwerkpartners. Maak gebruik van de kennis
en werk samen met anderen en kijk over de grenzen van onze eigen gemeente!
Ik had dit in een motie kunnen vervatten, maar zoals u allen bekend, is papier geduldig. We zullen er allemaal aan moeten werken! Dat is mijn boodschap voor u, voor het college en voor onze inwoners!